Het was in het begin van het jaar 1980 . ik speelde in de A jeugd van de SV Dinxperlo, en was het zelden eens met de beslissingen van de scheidsrechter. Toen een kennis van mij hoorde dat er een scheidsrechters cursus georganiseerd werd bij het Heuveltje in Beek, onder leiding van Cees Nieuwenhuizen, (wel bekend onder onze oudere leden), kwam de persoon naar mij toe en zei: “je weet het toch altijd zo goed, hoe het moet om een wedstrijd te fluiten”!
Het moet in een black-out zijn geweest en ik hem vertelde dat ik mee zou gaan. Na 13 cursusavonden had ik mijn diploma behaald en toen moest het gaan gebeuren. Als 17 jarige zaterdags bij de A jeugd tegenstanders onderuit schoffelen en op zondagmorgen wedstrijden gaan fluiten bij de lagere elftallen. Mijn debuut was als scheidsrechter was Gendringen 6 – GWVV 4, dit was mijn eerste wedstrijd die ik ooit gefloten had. Ik floot deze pot in mijn trainingspak, dacht bij me zelf als het niks wordt kan ik er meteen mee stoppen.
Na enkele wedstrijden onder begeleiding van Dick Wossink, begon ik er plezier in het fluiten te krijgen. Dat had er met name natuurlijk ook mee te maken dat je na afloop van een wedstrijd vaak de complimenten kreeg. Ik was natuurlijk nog een jong broekie en de oudere spelers waren het niet gewend dat de scheidsrechter het spel van dichtbij volgde.
Naarmate je steeds meer wedstrijden ging fluiten, kwam je ook in contact met collega scheidsrechters. Toen ik naar een tijdje actief was als scheidsrechter werd ik door Herman Vreeman uit Dinxperlo benaderd om mee te gaan naar de wekelijkse training in Terborg, van de Scheidsrechtersvereniging SDO. Daar kwam je in contact met arbiters die in de top van het amateurvoetbal floten. Ik volgde wekelijks de verhalen hoe goed ze allemaal toch wel niet waren! Ik heb vaak bij mijzelf gedacht: “zal ik dat ooit gaan halen”? In die tijd begon je nog in de afd. Gelderland te fluiten. Ik heb 6 jaar in deze afdeling gefloten en daarna naar de (grote) KNVB gepromoveerd. In die tijd werd je ingedeeld in groep 5 en moest je weer onderaan de ladder beginnen. Het merendeel van de aanstellingen waren de reserve elftallen. In groep 5 heb ik 2 jaar gefloten en daarna ging het ieder jaar een stapje hoger, totdat ik in de hoogste groep van het amateurvoetbal was belandt. In groep 1 van het amateurvoetbal heb ik 2 jaar gefloten. In die tijd werd ik benaderd door de scheidsrechterscommissie BV, of ik in de gelegenheid was om me vrij te maken om als scheidsrechter te gaan fungeren op de C lijst.
Dan moet je met je werkgever om de tafel. Mijn werkgever en het thuisfront waren mij goed gezind. Als zij mij niet hadden gesteund had ik niet bereikt wat het me toen gebracht heeft. Ik ben in het seizoen 1992 / 1993 gepromoveerd naar het betaald voetbal. Op de C lijst betaald voetbal floot je wedstrijden van de A jeugd, van de BVO clubs. En je werd ingezet als assistent scheidsrechter in de eerste divisie. In die tijd had je 3 jaar de kans om je te bewijzen om de stap te maken naar B lijst. In die tijd gingen er van de 75 scheidsrechters 10 door . Omdat ik die laatste stap niet heb kunnen maken werd ik benaderd om als assistent door te gaan of terug naar het amateurvoetbal. Ik heb bij mezelf gedacht: “laat ik dat maar gaan doen, want wordt het niks dan kan ik altijd nog terug naar het amateurvoetbal”. In 1995/96 ben ik begonnen als vaste assistent. Dat betekende dat je ongeveer 35 wedstrijden per seizoen vlagde. Als nationale assistent vlagde je dan om de week een eerste / eredivisie wedstrijd.
In 2001 ben ik op de internationale lijst geplaatst. Dat hield in dat je met regelmaat werd ingezet bij internationale wedstrijden. Ik heb 7 jaar internationale wedstrijden gevlagd. Toen ik de leeftijdsgrens van 45 jaar had bereikt betekende dat je afscheid moest nemen van het internationale podium. Ik heb daarna nog 5 jaar in de Nederlandse competitie gewerkt .
In 2012, het jaar dat ik 50 jaar werd, was het voor mij ook gebeurd op nationaal niveau. Er waren veel hoogte punten voor mij als assistent in Nederland, met o.a. 3 beker finales de klassiekers, Feyenoord – Ajax, en de wedstrijden om de Johan Cruijff schaal. Ik heb 64 internationale wedstrijden mogen vlaggen. Manchester United, Chelsea, dat waren toch de stadions die heel veel indruk op mij hebben gemaakt. Wat mij nog het meest bij gebleven is zijn de wedstrijden in Saoedi Arabië. Ik ben daar 3 keer geweest om de top wedstrijden van het land te leiden; een keer met René Temmink en 2 keer met Jan Wegereef. In de laatste Saoedi wedstrijd zaten 80.000 mensen in het stadion, te vergelijken met Feyenoord –Ajax. Je kon de supporters uit elkaar houden door dat de ene partij gele sjaals droegen en de ander blauwe tussen al die witte jurken. In de 20 jaar dat ik actief ben geweest, heb ik ook landenwedstrijden mogen vlaggen in de Champions league. Zo zie je maar weer wat je kunt bereiken als je ergens jong mee begint. Nu hanteer ik de scheidsrechters fluit op de zaterdag middag met veel plezier in het amateurvoetbal. Fluiten van wedstrijden is leuk op welk niveau dan ook. Of je nu pupillen een lager team of betaald voetbal fluit bij elke wedstrijd gaat het ergens om. Zonder scheids geen wedstrijd. Iedere week staan er duizenden arbiters met plezier op het veld of in de zaal. Als ontspanning of om de wekelijkse beslommeringen ter zijde te schuiven. Het heeft mij zoveel gebracht. Vertrouwen in jezelf en anderen. Doe alles wat je doet met plezier en passie!
Met vriendelijke sportgroet,
Wijnand Rutgers.